Mat geven door dekken
Als jij de koning van de ander aanvalt, geef je schaak. Maar wat gebeurt er als die koning jouw stuk kan slaan?
Dan ben jij een stuk kwijt en is het geen schaak meer. Dat is jammer!
Je moet dus zorgen dat de koning jouw stuk niet kan slaan. Dat doe je door het stuk te dekken (verdedigen) met een ander stuk.
De koning kan een gedekt stuk niet slaan. Anders zou hij meteen wéér schaak staan en dat mag niet.
Als de koning geen andere manier kan vinden om te ontsnappen, staat hij nu schaakmat. Jij wint!
Kijk maar eens naar het voorbeeld.
De zwarte koning staat schaak. Maar niet meer als hij de witte dame slaat!
Wit moet de dame dus met een ander stuk verdedigen.
Zwart kan dan niet aan het schaak ontsnappen en staat mat.
Wat moet je doen?
Jij bent wit en je hebt de zwarte koning al schaak gezet. Maar de koning kan het schaak opheffen. Hij kan jouw stuk slaan.
In dit spel staat er steeds een wit stuk naast het bord. Gebruik dit nieuwe stuk om het andere te dekken. Zo geef je mat.